partij Henk Boot versus Louis Rutgers
Henk Boot nam het op tegen Louis Rutgers, de nummers 2 en 3 op de ranglijst. Louis, die vorige week nog een ruime plusremise tegen Jaco Vonk had bereikt, koos tegen Henk voor een andere opening dan zij meestal tegen elkaar hadden gespeeld. Henk besloot tot een agressieve opbouw. Een opbouw, waar hij zelf in de eerste KNSB-wedstrijd dit seizoen door zijn tegenstander hardhandig op zijn tekortschietende theoretische kennis was gewezen. Louis koos een nogal passieve en ongebruikelijke opzet, waardoor Henk na zo’n 10 zetten al duidelijk het initiatief had. Ook deze keer liet hij de gelegenheid tot een snelle pionnenopmars (13. e4-e5) niet aan zich voorbij gaan. Er waren meerdere aantrekkelijke opties om over na te denken na het verwachte dxe5 (diagram 1).
Of f4-f5 en na bv. f5xg6 Pc3-e4 of gewoon slaan op e5 en dan kiezen tussen het aantrekkelijke d5-d6 of e5-e6. Henk koos voor d6 en werd even later “geholpen” door Louis (diagram 2) die had overzien dat hij met c5-c4 weliswaar een dubbelaanval had op de witte lopers van Henk, maar dat die met Lxg7+ een tempo extra had en zijn witte loper via e4 in veiligheid kon brengen.
Na vervolgens Dxc4 had hij via 22. 0-0! (rokade hoeft niet altijd zo snel mogelijk…) een dubbele aanval op f7. Dat betekende na Dd4+ het einde van de partij. Kortom, een vlotte overwinning van Henk die optimaal profiteerde van de aarzeling bij Louis in de partij opbouw.
Partij Tony Else versus Hans Karelse
Weer had Hans een winstpartij, waarbij hij na afloop zijn tegenstander kon melden dat deze glad gewonnen (al was het nu maar 1 zet lang) had gestaan. Hans, met zwart spelend, kwam wel plezierig uit de opening. Tony zat met een geïsoleerde pion op d4, maar Hans moest uitkijken voor een offer op e6. Daar werd de pion aangevallen door een loper op b3 en een paard op g5. Na 22. Txc3 was dit de stelling in diagram I:
Na 22…..Lf8 of 22. ….Pd5 zou Hans goed gestaan hebben. Tot zijn eigen schrik koos hij echter voor 22. ….Ld5?? Tony kon nu een stuk winnen met 23. Tc8: Dc8: 24. Lf6: Lf6: 25. Ld5:. Hij zag het echter niet en er volgde tot opluchting van Hans: 23. Pf4 Lxb3 24. Txb3 b5 25. a4 bxa4. Toen stond Hans weer prettig. Tony zorgde ervoor dat het geen latertje werd, door een misrekening. Zijn paardoffer op h5 in diagram II was veel te optimistisch. Hij had over het hoofd gezien dat Hans een einde kon maken aan zijn aanval. 30. Ph5 gxh5 31. Tg3+ Kf8 32. Dg7+ Ke7 33. Tf3 Tf8. Diagram II.
Partij Arjan Uittenbogaard versus Chris Tromp
Arjan opende met wit nu eens niet met zijn vaste opening, omdat Chris die ook op zijn repertoire heeft staan. Na een aantal zetten stond een gespiegelde positie op het bord. In een dame-gambiet achtige stelling gaf Chris een pion weg, die hij via een tussenschaak met de dame weer terug kon veroveren. Maar
daarbij bracht Arjan zijn dame in stelling, die in combinatie met de loper twee pionnen bedreigde en Chris kon ze niet allebei verdedigen. Het ene pionverlies leidde tot schaak en zou de koning in een open lijn zetten, de andere zou tot torenverlies kunnen leiden. Chris koos ervoor om zijn toren te behouden, maar daarmee kreeg Arjan de aanval, die hij zorgvuldig uitbuitte. Door eerst met de toren schaak te geven, en daarna lopers te ruilen kwam zijn dame sterk diep in Chris’ stelling binnendringen. En daar wreekte zich dat de dame niet mooi aan de kant stond en niet alle stukken meer goed te ontwikkelen waren.
Diagram na zet 15, zwart aan zet.
De poging van Chris om dat stukken te ruilen en zo wat ruimte te creëren leverde niet veel op. De aanval van Arjan bleef zeer sterk, en hij had nog 10 zetten nodig totdat Chris het opgaf.
Partij Rob van Driel versus Andre van Wingerden
André speelde met zwart tegen Rob het olifantengambiet en won na 10 zetten een stuk maar dat had niet gehoeven. Zie het diagram.
André speelde Dc5 met een dubbele aanval op de lopers. Dit had verholpen kunnen worden door11. Pb5! Na Dxc4 volgt dan Pd6+ dus dat kan niet. De kritische variant na Pb5 is echter 11. .. a6; Pd6+ Ke7 (niet Kf8); 12. Pxf5+ exf5; 13. Lxg8 Thxg8; 14. Lf4 met een gelijke stelling!!
Vervolgens stond hij een stuk voor, maar nog wel onder druk. Nadat de meeste stukken waren afgeruild, kon André de winst binnen halen.
Partij Bram Capelle versus Ernst Delwel
Ernst kwam te laat binnen op de clubavond en het spelschema was door Jaco al ingedeeld. Gerard de Gans zou eigenlijk met zwart tegen Bram Capelle spelen maar verzocht Jaco zijn plaats af de staan aan Ernst vanwege urgente boekhoudkundige activiteiten die hij thuis nog moest doen die avond. Het was akkoord. Bram speelde de opening keurig en Ernst volgde in lijn. Bram hield licht voordeel, passend bij spelen met wit.
Op de dertiende zet was er de overgang van de opening naar het middenspel. Zie diagram I.
Stockfish gaf aan dat een compleet gelijke stelling was bereikt. Nu voltrok zich een Griekse tragedie. Ernst speelde te vroeg 13. … Dc7. Hij had eerst Lf5 moeten spelen! Stockfish geeft nu direct duidelijk voordeel aan voor wit met het dringende advies voor Bram om 14. Pg3 te spelen. Het dreigende mat op h7 was door Ernst voorzien, maar desondanks komt wit positioneel overwegend te staan na 14. Pg3 g6. 15. Pe5 Pf6. 16. Lg5 Lf5 17. Pf5: ef5: 18. La4. Zie
analyse-diagram II.
Het liep helaas anders. Zie opnieuw diagram I. Bram blunderde na Dc7 pardoes met 14. Lf4 i.p.v. Pg3 en gaf direct op. Ernst moest deze ongedekte loper dan nog wel met de dame slaan en niet met het paard want anders volgt 15. Pf6+ en vervolgens alsnog mat met de dame op h7. Dan zou de Griekse tragedie compleet zijn geweest!