Terug naar nieuwsoverzicht

Verslag De Giessen en Linge 1 – Spijkenisse 2

De eerste KNSB-wedstrijd in het nieuwe seizoen. Het team was ten opzichte van het vorige seizoen fors gewijzigd. Aangezien Jesper Nederlof, Andries Dekker, Hemmo Mulder, Bobby Fijlstra en Lemmy Schakel niet meer beschikbaar zijn en alleen Henk Boot “terugkwam” had het team ervoor gekozen niet in de 3e maar in de nieuwe 4e klasse van de KNSB op te treden. Het team is nu bij meer westelijke clubs ingedeeld, dus zeker nieuwe tegenstanders. Helaas was onze teamcaptain Jeroen Brandsma op het laatste moment verhinderd, maar hij vond in Louis Rutgers een waardige en taaie invaller.

De eerste wedstrijd ging tegen een tegenstander die ongeveer even sterk leek te zijn. Op bord 3 speelde Henk Boot geen goede partij. Hij accepteerde een pionoffer van wit, die daarop een gevaarlijk initiatief ontwikkelde. Henk tastte op de 10 zet ernstig mis, maar de directe afstraffing werd door wit over het hoofd gezien. Henk hoopte dat een kwaliteits”zoenoffer” nog praktische tegenkansen zou bieden. Dat was ook wel zo, zeker als hij met 24…c3 een sterke vrijpion had gecreëerd, maar hij speelde ten onrechte op een grapje en kreeg de deksel op zijn neus en kon gelijk opgeven.

Als tweede was Hans Karelse klaar op bord 8. Hans verwisselde een zet, al was dat niet direct verliesgevend, maar hij had geen plezierig gevoel bij zijn eigen stelling. Toen hij overzag dat zwart een pion op f2 kon meenemen, zonder dat wit een tegenaanval kreeg en er snel nog een tweede pion sneuvelde, konden ook hier de stukken in het doosje: 0-2 achter.

Daarna gelukkig een lichtpuntje. Roelof Stienstra die in een ver verleden ook al voor de club schaakte was “teruggehaald”. Op bord 7 leek hij zich met zwart met een ongelukkige pionnenruil in het centrum te vergissen en een kwaliteit te verliezen. Hij koos voor een actieve voortzetting waarbij hij zelfs een gedekte pion op b2 kreeg. In ieder geval kreeg hij steeds meer mogelijkheden en drong hij uiteindelijk met een aantal stukken de witte stelling binnen en kon het eerste volle punt noteren: 1-2.

Hierna liep de achterstand weer op, omdat Tony Else op bord 5 het witte centrum met een vrij vroeg c5 wilde attaqueren, maar wit antwoordde sterk en bereikte materieel voordeel (kwaliteit), had een gedekte vrijpion op d5 en 2 torens op de achtste rij en dat was voor Tony natuurlijk niet meer te keepen, opnieuw een nederlaag: 1-3.

Tja, dus de resterende borden moesten dus nog flink wat punten opleveren. Maar zou dat gaan lukken? Er  waren her en der zeker kansen, maar het zou toch bloedstollend spannend worden.

Op bord 6 stond Louis Rutgers niet goed, maar er kwam uiteindelijk een stelling op het bord met een erg ongelijke materiaal verhouding. De dame van Louis had te maken met een toren en twee lopers van zwart en hoewel het even leek dat Louis zelfs kansjes kreeg, was het logisch dat hij een aantal zetten later uiteindelijk koos voor remise door eeuwig schaak.

De laatste 3 partijen moesten dus eigenlijk allemaal gewonnen  worden!  Ook bij Jaco Vonk op bord 1 was er een min of meer vergelijkbare ongelijke materiaalverhouding als bij Louis. Jaco had uiteindelijk 2 torens en een loper tegen een witte dame en weliswaar een flink aantal pionnen minder, maar die konden vooralsnog geen (witte) vuist maken.

Ook bij Tim Schakel op bord 2 werd het een lange partij. Vanuit de opening kreeg Tim geen voordeel, er werden flink wat stukken geruild en Tim kreeg een dubbelpion op de b-lijn. Toen ook de torens van het bord verdwenen resteerde een paard-pionnen eindspel wat er vrij remise-achtig uitzag, maar Tim had ondanks/dankzij zijn dubbelpion net een beetje meer ruimte en wist uiteindelijk een vrije dubbelpion op de h-lijn te creëren, waardoor hij een duidelijk “plus”-stelling kreeg.

Op bord 4 speelde Eddy een goede partij, hij had duidelijk het initiatief en offerde op een gegeven moment op e6 een loper tegen uiteindelijk 3 pionnen. De vraag was natuurlijk of Eddy zijn initiatief in winst zou kunnen omzetten. Toen echter de dames en torens waren geruild, was de loper van de tegenspeler toch een sterk stuk. Toen zwart met zijn loper nog een pionnetje van Eddy op h3 kon meesnoepen, kon zwart vervolgens de witte pionnenformatie op de koningsvleugel opblazen, waardoor Eddy alsnog het onderspit moest delven. Of de analyse na afloop en/of hulp van Fritz nog andere mogelijkheden voor wit heeft opgeleverd, is uw verslaggever niet bekend. Helaas betekende dit wel een beslissende 41 beslissende voorsprong voor onze tegenstanders.

Op bord 2 had Tim zijn voordeel langzaam uitgebreid en uiteindelijk besloot hij een paard tegen een de zwarte f6 pion te offeren. Dat zag er kansrijk uit, maar zwart had nog wel een aantal schaakjes met zijn paard als verdediging, maar uiteindelijk speelde Tim deze moeilijke stelling nauwkeurig en handig, waarbij het niet helemaal duidelijk is of zwart nog ergens remisekansen heeft gemist. In ieder geval een door Tim sterk gespeeld eindspel, waarbij hij zwart dus voor onoverkomelijke problemen kon plaatsen.

Als laatste was Jaco op bord 1 klaar. Hij moest dus vooral opletten dat zijn stukken goed met elkaar communiceerden, wit niet via allerlei schaakjes met de dame opeens via een dubbele aanval een zwart stuk kon veroveren, maar Jaco speelde het voorzichtig en rustig en kon de witte koning steeds verder in het nauw brengen. Uiteindelijk ging wit in verloren stelling door zijn vlag, waardoor de eindstand uiteindelijk  3 in het voordeel van de tegenstanders werd. Helaas dus een valse start, hopelijk gaat het de volgende keer beter.

 

Henk Boot

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *