Koploper Jaco Vonk had de gehele partij moeite om voordeel te bereiken tegen Louis Rutgers. In de eindspelfase lukte het hem alsnog om een klein voordeeltje te bereiken. Door zelf sterk te spelen en het niet altijd even nauwkeurige tegenspel van Louis kon Jaco aan het eind van de avond toch het punt bijschrijven.
Bram Capelle en Hans Karelse speelden een lange, moeilijke partij. Na 17 zetten stond alles nog op het bord. De strijd zette zich voort op twee vleugels. Toen de tijdnoodfase begon was Brams aanval op de koningsvleugel stukgelopen en was Hans, ondanks kwaliteitsverlies, in het voordeel met een opgerukte pion op de damevleugel. In tijdnood maakten beide spelers fouten. Even na twaalven gaf Bram op.
Henk Boot speelde een strakke partij tegen André van Wingerden en nam al snel in de openingsfase het initiatief. Omdat André niet altijd even nauwkeurig verdedigde kon Henk het zich veroorloven om niet altijd de sterkste zet te vinden. In het middenspel wist Henk de kwaliteit te winnen en kort daarna was het verzet van André gebroken.
Eddy Korevaar kwam in zijn partij tegen Wim Rietveld prettig uit de opening. Wim counterde goed en er ontstond vervolgens een redelijke gelijke stelling. Na afruil van de meerderheid van de lichte stukken manoeuvreerde Eddy handiger in het eindspel, won een pion en daarna was het resterende toreneindspel, ondanks de tijdnood, eenvoudig naar winst te voeren.
Jan de Jong stond tegen Tony mogelijk een klein beetje minder door een slechtere pionnenstructuur, maar toen zijn slechtste pion door Tony werd gepakt, kreeg Jan opeens compensatie: mooie open lijnen voor zijn torens tegen de zwarte koning op de damvleugel. Toen Jan dit voordeel wist uit te breiden was er voor Tony geen houden meer aan.
De partij tussen de leden van het allereerste uur, oud-voorzitter Bert den Boer en oud-kampioen Jan Post, werd gewonnen door laatstgenoemde.