Terug naar nieuwsoverzicht

Verslag ronde 31 interne competitie en bekerfinale

Opnieuw zaten Jaco Vonk en Henk Boot dus tegenover elkaar, deze keer in de bekerfinale. Jaco koos een rustige opzet van de partij en Henk vond het moeilijk uit de verschillende mogelijkheden de beste te kiezen. Met een onhandige torenmanoevre van Henk kon Jaco een klein plusje bewerkstelligen. En zeker zo opvallend, Henk had in deze fase veel meer tijd nodig dan Jaco! Henk zag enkele malen ten onrechte af van verdere vereenvoudigingen, omdat hij de stelling na een dergelijke ruil niet echt vertrouwde. Toch had hij dat allemaal beter wel kunnen doen. Nu werd hij langzaam maar duidelijk in de verdediging gedrongen en kon Jaco in alle rust zijn stukken optimaal voor een beslissende aanval opstellen. Henk probeerde nog wel met een pionbreekzet spel te krijgen, maar het was allemaal niet voldoende om de zeer krachtige aanval van Jaco te weerstaan. Ook in de analyse na afloop was duidelijk dat Jaco een heel goede partij had afgeleverd en opnieuw de terechte bekerwinnaar is geworden.
In de interne competitie bestreed Bram Capelle Eddy Korevaar. De opening verliep rustig, maar Eddy zette zijn stukken beter neer en kreeg na verloop van tijd ruimtevoordeel. In het middenspel ontstond er een interessante verwikkeling in het centrum, waarbij de kansen weer leken te keren in het voordeel van Bram. Een remise hing in de lucht maar toen Bram remise aanbood op zet 24 bleek zijn laatste damezet een stuk te kosten waarna het volle punt toch snel naar Eddy ging.
Hans Karelse nam het op tegen André van Wingerden. Ook hier verliep de partij in eerste instantie vrij rustig. Wel leek de stelling makkelijker speelbaar voor Hans. Beide spelers rokeerden kort, terwijl aan de witte kant de g-lijn al open was. Hans zette te snel een toren op deze lijn. Hierdoor raakte hij een van zijn f-pionnen kwijt aan de binnendringende dame van André. André was lange tijd in het voordeel toen beide spelers elkaars koningsstelling bestookten. Terwijl zijn zwarte dame een witte toren pende die slechts gedekt werd door de koning, kon André de verleiding niet weerstaan om de gepende toren nog een keer aan te vallen met een zwarte toren. Hij gaf echter meteen op, toen Hans met een paardzet niet alleen de witte toren dekte maar ook de aanvallende dame en toren onder vuur nam. Dat betekende materiaal- en partijverlies.
Louis Rutgers bestreed Arjan Uittenbogaard met uiterst agressief spel. Al voor Arjan (kort) gerokeerd had stormde Louis met zijn pionnen naar voren en brak op de koningsvleugel de stelling open. Na zijn toren op de e-lijn te hebben geposteerd leek het een kwestie van tijd voor hij de in het centrum verkerende zwarte koning tot overgave zou dwingen. Het is uw verslaggever ontgaan hoe deze interessante stelling verder werd gespeeld, maar achterafinformatie leerde dat Arjan een stuk tegen een aantal pionnen had geofferd. In deze tricky stelling had wit overigens nog steeds de beste kansen. Maar na verloop vervlakte de stelling en stond er een eindspel op het bord dat duidelijk remise kenmerken liet zien, hoewel uw verslaggever dacht dat Arjan toen beter stond. Echter aan het eind van de avond verloor hij pardoes een stuk en daarmee de partij. Begrijpelijk dat hij van het eind van de partij nogal baalde….
Mark Couwenberg nam het op tegen Henry Houweling. Al leek het lang een stelling in min of meer dynamisch evenwicht, Henry bleek in het verloop van de partij steeds sterke zetten te bedenken en hij kwam langzaam beter te staan. In het toreneindspel was dat voordeel inmiddels heel duidelijk geworden. Hij stond een pion voor, had een betere opstelling van zijn koning en toren en kon zo opnieuw een overwinning bijschrijven. Bert van Geldere had een duidelijk ruimtelijk voordeel tegen Huig Visser. In het eindspel van dame en paard tegen dame en loper kon hij dit voordeel uiteindelijk in winst omzetten. Ook Tony Else kreeg tegen Henk van Houwelingen een prettige stelling met ruimteoverwicht. Na het openen van de h line, besloot Tony zijn koning op d2 te plaatsen en kansen te creëren op beide vleugels. De partij was nog steeds in evenwicht, maar onder het druk van het witte overwicht in ruimte, gaf Henk onnodig een pion weg, daarna was zijn stelling niet meer te redden. Rob van Driel stond na de opening prettig tegen Peter van Gaalen die kampte met een achtergebleven pionnetje. Ook hier kon de witspeler zijn voordeel in winst omzetten. Ernst Delwel kreeg al snel winnend materieel voordeel tegen Johan van der Heijden en was deze avond als eerst klaar. Bert van Hees stelde zich rustig op tegen John Dessens en kwam allengs beter te staan en ook hij won.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *