opgericht 13 oktober 1964 |
|
S.C. De Giessen Huishoudelijk Reglement gedateerd: 28 september 2004
REGLEMENT
Artikel 2: verplichtingen bestuursleden. Artikel 3: bestuursvergaderingen. Artikel 7: de wedstrijdleider. Artikel 10: commissievergaderingen. Artikel 11: commissiebesluiten. Artikel 14: de materiaalcommissaris. Artikel 16: competitiereglement. Artikel 17: de competitieleider. Artikel 19: zaken buiten reglement Artikel 21: commissie van goede diensten Artikel 22: besluit commissie van goede diensten COMPETITIEREGLEMENT BEHOREND BIJ HET HUISHOUDELIJK REGLEMENT. Artikel 1.2: toezicht wedstrijdleider. Artikel 1.3: beslissing bestuur. Artikel 2.1: waarde van een speler. Artikel 2.2: indeling van de partijen. Artikel 2.3: Oneven aantal deelnemers. Artikel 2.8: het aantal te spelen rondes. B) INDELEN, INHALEN OF VOORUITSPELEN. Artikel 2.11: inhalen en vooruitspelen C) SPEELTEMPO EN AFGEBROKEN PARTIJEN. Artikel 2.13: speeltempo bij jeugdspelers Artikel 2.14: aanvang van de wedstrijden Artikel 3.1: Samenstelling bondsteams. Artikel 3.2: invallers bondsteams. Artikel 3.3: vaste reservespeler(s) voor eerste team. Artikel 3.4: roulatiegroep met één vaste reservespeler. Artikel 3.5 roulatiegroep met twee of meer vaste reservespelers. Artikel 3.6: speelgarantie reguliere spelers. Artikel 3.7: aanvang van de bondswedstrijden Artikel 3.9: samenstelling team. Artikel 4.1: speeldatum en aanvangstijdstip. Artikel 4.2: speeltempo en aantal ronden. Artikel 4.5: extra snelschaakwedstrijden. Artikel 5.3: aanvangstijdstip. Artikel 5.4: eerste ronde en deelnemers. Artikel 5.10: bepaling tegenstander. Artikel 5.14: beslissing van de partijen. Artikel 5.15: uitsluiting bij niet tijdig beslissen partijen. Artikel 5.16: uitsluiting bij niet afmelden of zich terugtrekken Artikel 6.2: toezicht ratingreglement. Artikel 6.3: grondslag ratingberekeningen. Artikel 6.4: ratingberekening. Artikel 6.5: rating tegenstander in interne competitie. Artikel 6.6: rating tegenstander in bondscompetitie. Artikel 6.7: Correctie fictieve rating. Artikel 6.9: afgebroken partijen. Artikel 6.10: niet geplaatste spelers. Artikel 6.12: vervanging startrating. Artikel 6.13: inhaalpartijen en afgebroken partijen. Artikel 6.14: aanpassen clubratings. Artikel 6.15: lopende ratinglijst. Artikel 6.16: slotratinglijst. Artikel 6.17: publicatie slotratinglijst. Artikel 6.18: startrating clubspelers. Artikel 6.19: startrating nieuwe spelers. Artikel 6.20: nieuwe spelers met een rating. Artikel 6.21: startrating met terugwerkende kracht. TABEL VOOR OMZETTING VAN RATINGVERSCHIL NAAR SCOREVERWACHTING TABEL VOOR OMZETTING VAN PROCENTUELE SCORE NAAR RATINGVERSCHIL
HUISHOUDELIJK REGLEMENT
ALGEMEEN
Artikel 1: begripsbepalingen.Indien in dit reglement wordt gesproken van: a)SGS wordt hiermee bedoeld Stichts-Gooise Schaakbond. b)KNSB wordt hiermee bedoeld de Koninklijke Nederlandse Schaakbond.
BESTUUR
Artikel 2: verplichtingen bestuursleden.Alle bestuursleden zijn verplicht, zo dikwijls als de voorzitter of het bestuur dit verlangt, rekening en verantwoording af te leggen over hun onderdeel van het bestuursbeleid.
Artikel 3: bestuursvergaderingen.Bestuursvergaderingen worden gehouden, zo dikwijls het bestuur dit nodig acht.
Artikel 4: de voorzitter.De voorzitter leidt de (bestuurs-)vergaderingen. Hij tekent samen met de secretaris de notulen van alle gehouden vergaderingen. Hij houdt toezicht op de juiste uitoefening van de overige bestuurstaken. Hij is bevoegd inzage te vragen van alle bescheiden, kas, boeken, archief enz. De voorzitter en de secretaris vertegenwoordigen de vereniging bij officiële gelegenheden.
Artikel 5: de secretaris.Onder de werkzaamheden van het secretariaat vallen: -1 het beheer van het archief. -2 het voeren van de correspondentie. -3 de zorg, dat alle leden tijdig op de hoogte worden gebracht van de algemene vergaderingen. -4 het maken en na goedkeuring ondertekenen van de notulen van alle (bestuurs-)vergaderingen. -5 het maken van het jaarverslag, te behandelen op de jaarlijkse algemene vergadering. -6 het bijhouden van de ledenlijst.
Bij afwezigheid van de voorzitter treedt de secretaris als zodanig in alle rechten van de voorzitter, tezamen met de penningmeester. De secretaris zorgt er verder voor, dat de SGS en de KNSB op de hoogte worden gesteld van de samenstelling van het bestuur en van alle gegevens die door de SGS en de KNSB worden verlangd.
Artikel 6: de penningmeester.De penningmeester beheert de gelden en zorgt voor de inning van de te ontvangen gelden en het betalen van alle voorkomende kosten. Hij is verplicht rekening en verantwoording af te leggen van de financiële stand van zaken, zo dikwijls als het bestuur of de kascommissie dit verlangt. Hij houdt bij alle boeken en bescheiden, die nodig zijn voor een behoorlijke controle op het financiële beheer. Op de algemene vergadering legt hij deze vergadering een balans met een staat van baten en lasten voor. Tevens stelt hij een begroting op voor het komende jaar.
Artikel 7: de wedstrijdleider.De wedstrijdleider is belast met de regeling van de bondscompetitiewedstrijden, de onderlinge competitie, de bekercompetitie en de snelschaakcompetitie. Hij kan werkzaamheden delegeren aan competitieleiders en/of teamleiders etc. Hij is gehouden op de jaarlijkse algemene vergadering verslag uit te brengen van zijn werkzaamheden. Zijn verdere taken en bevoegdheden staan beschreven in het “Competitiereglement behorend bij het Huishoudelijk Reglement”.
Artikel 8: de jeugdleider.De jeugdleider is belast met de opleiding van de jeugd, de regeling van de onderlinge jeugdcompetitie en de jeugdbondswedstrijden. Tevens is hij het aanspreekpunt voor de ouders van de jeugdleden. Daarnaast organiseert en stimuleert de jeugdleider deelname aan externe jeugdtoernooien. Hij is gehouden op de jaarlijkse algemene vergadering verslag uit te brengen van zijn werkzaamheden.
COMMISSIES
Artikel 9: commissies.Indien het bestuur zich laat bijstaan door commissies, dan moet de benoeming van deze commissies door de algemene vergadering worden goedgekeurd. Indien de benoeming van deze commissies een spoedeisend karakter draagt, kan deze goedkeuring achteraf door de algemene vergadering worden verleend. Zolang deze goedkeuring nog niet is verkregen werken deze commissies met de toevoeging "ad interim".
Artikel 10: commissievergaderingen.Vergaderingen van speciale commissies worden gehouden, zo dikwijls de betreffende commissie of het bestuur van de vereniging, dit nodig acht.
Artikel 11: commissiebesluiten.Besluiten, genomen in vergaderingen van speciale commissies, moeten ter kennis van het bestuur en ter goedkeuring worden voorgelegd aan de algemene vergadering.
Artikel 12: kascommissie.Op de jaarlijkse algemene vergadering wordt een kascommissie benoemd. De commissie bestaat uit twee leden van de vereniging, die geen bestuursleden mogen zijn. De taak van de commissie is, het nagaan van het beheer door de penningmeester in het komende jaar en tevens de balans met de staat van lasten en baten te controleren. Zij is verplicht minstens éénmaal per jaar, te weten voor de algemene vergadering (jaarvergadering) de kas, boeken en bescheiden van de penningmeester te controleren en bij akkoordbevinding te tekenen. Zij brengt bij niet akkoordbevinding hiervan onmiddellijk verslag uit aan het bestuur, hetwelk hierdoor gehouden is binnen 3 x 24 uur een bestuursvergadering te beleggen voor het bepalen van de te volgen gedragslijn. De kascommissie brengt op de jaarlijkse algemene vergadering volledig verslag uit van haar bevindingen gedurende het afgelopen jaar, met haar oordeel over het financiële beheer der vereniging.
Artikel 13: PR commissie.De PR commissie draagt zorg voor de verslaglegging van de competitie, toernooien en andere wetenswaardigheden in de vorm van de wekelijkse verslagen in de krant, de clubkrant, website etc.
Artikel 14: de materiaalcommissaris.De materiaalcommissaris draagt zorg voor het speelmateriaal van de vereniging. Minimaal één keer per jaar inventariseert hij het speelmateriaal en brengt hierover verslag uit aan het bestuur en adviseert over een eventuele vervanging of uitbreiding van het materiaal.
COMPETITIES
Artikel 15: competities.Het bestuur schrijft jaarlijks een onderlinge competitie, een snelschaakcompetitie, een bekercompetitie en zo mogelijk andere wedstrijden uit. Het streven is om met zo veel mogelijk teams deel te nemen aan de bondscompetitie.
Artikel 16: competitiereglement.Het reglement voor de onderlinge competitie moet worden goedgekeurd door de algemene vergadering. Het competitiereglement is als bijlage gevoegd bij dit huishoudelijk reglement.
Artikel 17: de competitieleider.De competitieleider is belast met de indeling van de interne seniorencompetitie, bekercompetitie en de snelschaakcompetitie. Hij ziet toe op het tijdig uitspelen van afgebroken partijen en verzorgt de aanlevering van wekelijkse ranglijsten ten behoeve van interne en externe publicatie. De Competitieleider vervangt de wedstrijdleider bij diens afwezigheid.
Artikel 18: de teamleider(s).De teamleider is belast met de organisatie en de opstelling van zijn team. Hij vertegenwoordigt zijn team tijdens bondswedstrijden en zorgt voor een correcte invulling op het wedstrijdformulier. Bij thuiswedstrijden dient de teamleider het wedstrijdformulier binnen drie dagen op te sturen naar de wedstrijdleider van de SGS. Zijn verdere taken en bevoegdheden staan beschreven onder Deel 3 van het “Competitiereglement behorend bij het Huishoudelijk Reglement”.
SLOTBEPALINGEN
Artikel 19: zaken buiten reglementIn alle gevallen, waarin dit reglement niet voorziet of voor tweeërlei uitleg vatbaar is, beslist het bestuur.
Artikel 20: beroepIndien een, overeenkomstig artikel 19, genomen beslissing door het bestuur, door één of meer leden niet wordt aanvaard, staat bij deze leden beroep open bij de algemene vergadering.
Artikel 21: commissie van goede dienstenIndien de algemene vergadering geen besluit kan of wil nemen overeenkomstig artikel 20, benoemt zij uit haar midden een commissie van goede diensten van minstens drie personen.
Artikel 22: besluit commissie van goede dienstenEen beslissing van de commissie van goede diensten is voor alle partijen bindend.
Artikel 23: inwerkingtredingDit reglement treedt in werking op 8 september 1992 en is voor het laatst aangepast op 28 september 2004.
Aldus gewijzigd vastgesteld op de algemene vergadering van 28 september 2004.
E.L. Korevaar (voorzitter) R. van Driel (secretaris)
COMPETITIEREGLEMENT BEHOREND BIJ HET HUISHOUDELIJK REGLEMENT.
PRIVATE DEEL 1: ALGEMEEN
In dit reglement wordt verstaan onder: KNSB Koninklijke Nederlandse Schaakbond Bestuur het bestuur van schaakclub de Giessen Wedstrijdleider de persoon, die ale interne en externe competities organiseert, tevens eerste aanspreekpunt met betrekking tot de externe competities. Competitieleider de persoon, die de uitvoering van de interne competities regelt, tevens eerste aanspreekpunt met betrekking tot de interne competities. Clubavond de avond, waarop de club gewoonlijk de onderlinge competitie doet plaats vinden Alternatieve avond elke nader te bepalen ochtend, middag of avond, niet zijnde de clubavond. Bondscompetitie de door de SGS of KNSB georganiseerde clubcompetitie en bekercompetitie
Artikel 1.2: toezicht wedstrijdleider. De wedstrijdleider is belast met het toezicht op de uitvoering van dit competitiereglement.
Artikel 1.3: beslissing bestuur. In alle gevallen waarin dit reglement niet of niet volledig voorziet, of indien het voor tweeërlei uitleg vatbaar is, beslist het bestuur.
DEEL 2: INTERNE COMPETITIE
A) SYSTEEM KEIZER
Artikel 2.1: waarde van een speler. Aan elke speler wordt een bepaalde waarde in punten toegekend. Deze waarde wordt vastgesteld aan de hand van de eindstand van het vorige seizoen. Nr.1 krijgt de hoogste waarde, nr.2 krijgt een punt minder, nr.3 weer een punt minder, enz. Nr.1 krijgt zoveel punten dat de laagst geplaatste speler minimaal 20 punten krijgt. Bijvoorbeeld bij 40‑50 spelers krijgt nr.1 80 punten, nr.2 79 punten, nr.3 78 punten enz, nr.40 komt dan uit op 41 punten. Nieuwe spelers worden in volgorde van aanmelding onderaan de lijst geplaatst. Na elke ronde wordt de waarde van elke speler opnieuw vastgesteld aan de hand van de na elke ronde opgemaakte stand.
Artikel 2.2: indeling van de partijen. Aan de hand van de na elke ronde opgemaakte stand (voor de eerste ronde de eindstand van het vorige seizoen) wordt de indeling per ronde gemaakt: Nr.1 speelt tegen nr.2, nr.3 speelt tegen nr.4, enz. Hierbij gelden de volgende bepalingen: In het eerste periode van een seizoen mag een speler niet meer dan 1x tegen dezelfde tegenstander spelen en per seizoen niet meer dan 3x. Gedurende de laatste periode van de competitie kan voor de derde keer tegen elkaar ingedeeld worden. Als hierdoor bijv. nr.1 niet tegen nr.2 kan spelen (of als deze afwezig is) speelt nr.1 tegen nr.3, of als dat ook niet kan tegen nr.4, enz.
Artikel 2.3: Oneven aantal deelnemers. Bij een oneven aantal spelers zal de speler worden uitgeloot die behoort tot de groep van (aanwezige en zich aangemelde) deelnemers aan de interne competitie, en niet behoren tot de spelers die in het lopende seizoen lid zijn geworden en bovendien sinds hun lidmaatschap niet meer dan 10 partijen hebben gespeeld. Uit voornoemde groep zal die speler worden uitgeloot die in het lopende en voorafgaande seizoen nog niet eerder is uitgeloot, het minste aantal malen aanwezig is geweest in het lopende en voorafgaande seizoen samen. Indien volgens deze formule geen speler kan worden aangewezen, zal die speler worden uitgeloot die van hen in het lopende seizoen nog niet eerder is uitgeloot, het minste aantal malen aanwezig is geweest in het lopende en voorafgaande seizoen samen. Indien nog steeds geen speler kan worden aangewezen, zal die speler worden uitgeloot die het minste aantal malen aanwezig is geweest in het lopende en voorafgaande seizoen samen. Wanneer in een van bovengenoemde gevallen twee of meer spelers voor uitloting in aanmerking komen valt het lot op de laagste geklasseerde van die spelers op de laatst gepubliceerde ranglijst. Het zich vrijwillig opwerpen tot uitgelote speler kan alleen worden gehonoreerd indien de betreffende speler in het lopende seizoen nog niet eerder is uitgeloot.
Bij de indeling vindt tegelijkertijd de kleurbepaling plaats. De speler waarvan het saldo van het aantal met wit gespeelde partijen min het aantal met zwart gespeelde partijen het laagst is speelt met wit. Is dit voor beide spelers gelijk dan speelt de hoogst geplaatste speler met wit. Treffen twee spelers elkaar voor de tweede maal dan wisselen de kleuren t.o.v. de eerste partij.
Een winstpartij wordt gehonoreerd met 1 x de waarde van de tegenstander. (Als nr.1 80 punten waard is, levert een overwinning op nr.1 dus 80 punten op, een overwinning op nr.10 levert 71 punten op) Een remisepartij wordt gehonoreerd met ½ x de waarde van de tegenstander. Een verliespartij levert geen punten op. Een afmelding wordt gehonoreerd met ⅓ x de eigenwaarde behalve wanneer nog geen enkele partij is gespeeld lopende het seizoen. In dat geval wordt de afmelding gehonoreerd met 1/6 x de eigenwaarde. Zodra de speler zijn eerste partij speelt worden alle voorgaande afmeldingen gecorrigeerd naar ⅓ x de eigenwaarde. Een verplichting wordt met ⅔ x de eigenwaarde gehonoreerd. Een afgebroken partij wordt, voorlopig, gehonoreerd als een remisepartij. Na elke ronde worden de aldus behaalde punten per speler opgeteld bij de tot dan totaal behaalde punten (na de eerste ronde bij de eigen waarde) en wordt er een stand opgemaakt.
Als verplichting, zoals bedoeld in artikel 2.5, geldt: - het niet kunnen spelen in een competitieronde op grond van oneven aantal deelnemers; - het deelnemen aan een wedstrijd in de bondscompetitie voor een bepaald team; - overige verplichtingen voor de club waardoor niet aan een competitieronde kan worden deelgenomen, zulks uitsluitend ter beoordeling van de wedstrijdleider.
Daar de waarde van een speler per ronde kan veranderen worden de volgens artikel 2.5 behaalde punten regelmatig gecorrigeerd. (Een overwinning op nr.1, die inmiddels is gezakt naar bijv. de vijfde plaats, wordt gecorrigeerd van 80 punten naar 76 punten) Na de laatste ronde wordt er nog eenmaal gecorrigeerd; dit geeft de eindstand van de competitie van dat seizoen.
Artikel 2.8: het aantal te spelen rondes. Het aantal te spelen rondes en de verdeling ervan in periodes wordt voor aanvang van de competitie vastgesteld door de wedstrijdleider.
Tegelijkertijd met de berekening van de Keizer-punten wordt een berekening van de clubrating uitgevoerd. Daar de clubrating als de beste maatstaf geldt voor bepaling van de speelsterkte dient deze rating als basis voor het samenstellen en het bepalen van de bordvolgorde van de bondsteams. De voor de bondscompetitie gespeelde partijen alsmede de partijen voor de bekercompetitie worden in de berekening van de clubrating verwerkt.
B) INDELEN, INHALEN OF VOORUITSPELEN.
Op de clubavonden vindt indeling plaats met behulp van een computer. Alle spelers die om 20.00 uur aanwezig zijn worden ingedeeld. Zij die (iets) later komen en dit vooraf aan de competitieleider hebben laten weten worden eveneens ingedeeld. Mochten er spelers zijn die na de indeling alsnog komen dan kan eventueel worden gespeeld tegen degene die een vrije ronde heeft (ongeacht het verschil in speelsterkte en het aantal malen dat zij elkaar eerder in het seizoen hebben getroffen) of tegen de eerstvolgende speler die daarna komt. Zij die zonder aanmelding na acht uur arriveren, kunnen geen aanspraak maken op de waardering op grond van een verplichting.
Artikel 2.11: inhalen en vooruitspelen Een speler heeft het recht om, in het geval dat hij verhinderd is op een bepaalde clubavond te spelen, de competitieleider te verzoeken een partij vooruit te spelen of in te halen. Inhalen in het derde deel van de competitie is niet toegestaan.
C) SPEELTEMPO EN AFGEBROKEN PARTIJEN.
Het normale speeltempo is 40 zetten per 1¾ uur, vervolgens telkens 10 zetten per half uur. Het speeltempo in de derde periode van de competitie is 40 zetten in 1¾ uur, vervolgens 15 minuten vermeerderd met de opgespaarde tijd voor de rest van de partij. Bij spelen tegen jeugdspelers is een afwijkend speeltempo toegestaan. (Deze mogelijkheid is er om deze jonge spelers toch te kunnen laten meespelen in de competitie, ondanks dat zij vroeger naar huis gaan; bij een aangepast speeltempo is de kans op afgebroken partijen kleiner).
Artikel 2.13: speeltempo bij jeugdspelers Tot de jeugdspelers worden, in dit artikel, gerekend zij die op 1 september van het lopende schaakseizoen de leeftijd van 16 jaar nog niet hebben bereikt. Indien een jeugdspeler korter wenst te spelen dan 3½ uur moet voor de partij het speeltempo worden afgesproken. Het speeltempo dient aangepast te worden aan het tijdstip waarop de jeugdspeler naar huis gaat volgens onderstaand schema. Afbreektijd: 23.30 uur 40 zetten in 1¾ uur 23.00 uur 40 zetten in 1½ uur 22.30 uur 35 zetten in 1¼ uur 22.00 uur 35 zetten in 1 uur. Vervolgens in al deze gevallen 10 zetten per half uur.
Artikel 2.14: aanvang van de wedstrijden Het aanvangstijdstip van de wedstrijden in de interne competitie is 20.00 uur.
Afbreken van partijen is pas mogelijk nadat de eerste tijdcontrole is geweest; zie bovenstaand schema. De volgende regels zijn van toepassing: a: van de spelers wordt verwacht dat alleen afgebroken wordt, wanneer één van de spelers naar huis wil en niet wanneer de eerste tijdscontrole is geweest. Afgebroken partijen verstoren namelijk de voortgang van de competitie. b: in principe wordt uiterlijk om 24.00 uur de partij afgebroken in verband met afspraken met de beheerder van de speellocatie; (indien er geen bezwaren van de zijde van de beheerder zijn, kan langer gespeeld worden) c: het afgeven van een zet geschiedt door degene die niet om afbreken vraagt. Indien om 24.00 uur of later wordt afgebroken heeft wit het recht tot het afgeven van een zet; d: de enveloppe met de afgegeven zet dient volledig ingevuld te worden, vooral in verband met de eventuele interne arbitrage; e: de partij wordt thuis uitgespeeld bij degene, die niet om afbreken heeft gevraagd; in overleg kunnen andere afspraken worden gemaakt; PRIVATE f: in voorkomende gevallen wijst de competitieleider een speeldatum aan; g: een afgebroken partij moet, binnen 8 weken na het afbreken, uitgespeeld worden op een ander moment dan de clubavond (eventueel kan op een clubavond tussen 18.30 uur en 20.00 uur worden uitgespeeld); h: indien de afgebroken partij niet binnen de gestelde termijn is uitgepeeld zal de competitieleider de partij ter arbitrage geven aan de wedstrijdleider (zie artikel 2.15); i: voor het begin van de derde periode van de interne competitie moeten alle afgebroken partijen uitgespeeld of gearbitreerd zijn; j: in bijzondere gevallen zoals onwel worden, weggeroepen worden is afbreken mogelijk met instemming van de wedstrijdleider.
Indien nodig zal gearbitreerd worden. Voordat de wedstrijdleider arbiters benoemt heeft hij het recht een partij te bekijken en een uitspraak te doen over de afloop; dit zal gebeuren indien overduidelijk is dat de partij gewonnen, verloren of remise is. In de andere gevallen vraagt de wedstrijdleider drie sterke spelers van de vereniging om de partij te bekijken. Indien twee spelers een gelijkluidende uitslag geven is de partij beslist. Tegen de uitspraken van de arbiters is alleen schriftelijk verweer mogelijk (dit behoeft geen uitputtende analyse te zijn). Dit verweer moet binnen 14 dagen bij de wedstrijdleider worden ingeleverd. De wedstrijdleider heeft in dit geval het recht voor deze her-arbitrage ook spelers van buiten de vereniging te raadplegen.
DEEL 3: BONDSCOMPETITIE.
A) CLUBCOMPETITIE SGS/KNSB
Artikel 3.1: Samenstelling bondsteams. De samenstelling van de bondsteams geschiedt op basis van de eindstand van de clubratinglijst van het vorige seizoen. De clubkampioen heeft het recht aan het eerste bord plaats te nemen, ook in het geval dat hij niet de hoogste clubrating bezit. Spelers, die gedurende hun lidmaatschap minder dan tien partijen tegen geplaatste spelers hebben gespeeld, kunnen geen recht op plaatsing doen gelden.
Artikel 3.2: invallers bondsteams. Als invallers voor vertegenwoordigende teams komen in aanmerking alle spelers van lager geplaatste teams en spelers, die niet voor enig team zijn geselecteerd. De volgorde van invallen is die van afnemende startrating. Een invaller speelt in principe op het bord, dat zo goed mogelijk bij zijn (voorlopige) startrating behoort.
Artikel 3.3: vaste reservespeler(s) voor eerste team. Indien zich aan het begin van of tijdens het seizoen één of meerdere sterke spelers aandienen, kunnen zij door de wedstrijdleider als vaste reservespeler aan de spelersgroep van het eerste worden toegevoegd. Onder een sterke speler wordt, in dit artikel, verstaan, hij die over een aantoonbare ELO-rating beschikt, die bovendien hoger is dan die van de op vijf na sterkste speler van het eerste team. Onder een aantoonbare ELO-rating wordt, in dit artikel, verstaan, een FIDE-rating, KNSB-rating of een oude clubrating mits deze niet ouder is dan drie jaar.
Artikel 3.4: roulatiegroep met één vaste reservespeler. Wanneer de spelersgroep van een team uit negen spelers bestaat, omvat de roulatiegroep de volgens artikel 3.3 twee minst sterke reguliere spelers en de vaste reservespeler. Voor de roulatiegroep zijn twee borden beschikbaar.
Artikel 3.5 roulatiegroep met twee of meer vaste reservespelers. Wanneer de spelersgroep van een team uit tien of meer spelers bestaat, omvat de roulatiegroep de volgens artikel 3.3 drie minst sterke reguliere spelers en de vaste reservespelers. Voor de roulatiegroep zijn drie borden beschikbaar.
Artikel 3.6: speelgarantie reguliere spelers. De roulatie wordt vormgegeven door de teamleider. Alle leden van de roulatiegroep dienen zo mogelijk een gelijk aantal malen te worden opgesteld, echter met dien verstande dat de reguliere spelers hiervoor tenminste zevenmaal in aanmerking komen of redelijkerwijs zouden kunnen komen.
Artikel 3.7: aanvang van de bondswedstrijden De bondswedstrijden voor de junioren beginnen om 19.00 uur. De bondswedstrijden voor de senioren beginnen om 19.30 uur.
De teamleider heeft het recht zijn spelers desgevraagd en zonder nader commentaar in verband met de wedstrijdstand te adviseren remise aan te bieden of in het geval van een remiseaanbod van de tegenstander dit te accepteren of de betreffende speler aangeven door te spelen.
|
|